(Ter info: deze blogpost dateert van 2 maart 2014, Batibouw 2015 vindt plaats van 26.2 tot 8.3.2015)
Bouwlustigen kunnen vandaag nog één dag hun hart ophalen op BATIBOUW, de jaarlijkse bouwbeurs op de Heysel in Brussel. Uit een enquête die BATIBOUW vorig jaar bij 3000 Belgen uitvoerde, bleek dat we met z’n allen veel te weinig opbergruimte hebben. Volgens het onderzoek woont de Belg ruim, maar ondanks die ruimte ondervindt de helft van de Belgen toch problemen om alles in huis op te bergen.
Als organizing coach kan ik bevestigen dat veel mensen met hun spullen in de knoop liggen én met het managen ervan. Niet zozeer omdat we het niet kunnen, maar vaak omdat we te weinig tijd hebben (of denken te hebben) om onze spullen te organiseren (toch hoeft dat heus geen uren en dagen in beslag te nemen).
Het resultaat? Spullen stapelen zich overal op, je vindt niets meer terug en ook de stress en de onrust in je hoofd nemen toe.
Inzicht brengt op
Om onnodige stress te voorkomen, laat ik je graag even met een andere bril naar je spullen kijken, want met enkele eenvoudige en verhelderende inzichten kun je heel wat ballast uit je leven verwijderen.
Wist je bijvoorbeeld dat spullen je in het ootje nemen? Dat ze valkuilen voor jou uitzetten? Dat ze heel graag het gezelschap van mensen opzoeken en zich met plezier overal in je huis nestelen?
Maar wist je ook dat jij ze te slim af kunt zijn en er op een leuke en ontspannen manier mee kunt omgaan? Je spullen goed kunnen managen is een kunst, en het is gelukkig ook een vaardigheid die je kunt leren.
Om slim met je spullen om te aan, moet je eerst en vooral inzicht krijgen in hoe ze zich bewegen, hoe ze zijn, waar je ze vindt en hoe ze ‘handelen’. Alleen dan kun je je spullen efficiënt gaan managen.
Deze 7 inzichten helpen je alvast een heel eind op weg:
1. Mensen houden van spullen
Het is nu eenmaal een feit dat mensen van spullen houden. Om die reden hebben we er met z’n allen veel, té veel. Toegegeven, spullen kunnen je leven handiger maken, beter of leuker, maar… ze kunnen ook je ballast zijn: als je er te veel van hebt, als je er altijd naar moet zoeken, als ze kostbare tijd opslokken, als ze je altijd en overal ‘overvallen’, of als ze je boven het hoofd groeien (soms zelfs letterlijk).
Je spullen georganiseerd krijgen, kan een hemelsbreed verschil maken. Na een succesvolle opschoonactie – die echt geen dagen hoeft te duren – voel je je opgelucht: je spullen zijn flink uitgedund, lades en kasten kunnen weer ademen, er is weer ruimte in je huis (én in je hoofd), je kunt weer onverwacht bezoek ontvangen in je huis, je hoeft geen uren meer te verliezen met het zoeken naar je spullen en ga zo maar door.
Eens je je spullen onder controle hebt, valt ook de rest weer in zijn plooi: je creëert overzicht en ruimte, je wint tijd en je vindt weer rust in je hoofd.
2. De spullenval
We laten ons vaak door spullen voor de gek houden. Hoewel we goed weten dat we ze niet nodig hebben, blijven we ze met massa’s kopen. We trappen met open ogen in de spullenval – maar die zit dan ook heel ingenieus in elkaar.
Mensen bedenken allerlei spullen voor ons. Die hebben we meestal niet echt nodig, maar ons wordt voortdurend ingeprent dat ze ons leven een stuk eenvoudiger zullen maken. Dat nieuwe keukenapparaat zal je heel wat tijd besparen, en je hebt echt vijf verschillende soorten wasmiddel nodig, toch? Spullen zijn vaak mooi verpakt en kijken ons in de winkel erg verleidelijk aan. Of ze zijn afgeprijsd, en dan kun je ze toch niet laten liggen?
Als je ze mee naar huis neemt, voel je je als een jager die zijn prooi heeft gevangen: trots en gelukkig. En dan ben jij ook nog eens niet de enige jager in je gezin, je partner en kinderen verzamelen net zo goed spullen bij de vleet…
3. Als een dief in de nacht
Hoe glippen spullen bij jou naar binnen? De voordeur is de favoriete ingang. Bedenk maar eens hoe vaak je niet binnenwandelt beladen met zakken vol etenswaren, hebbedingen, kleren, schoenen… met achter je aan nog wat huisgenoten bepakt en bezakt met boekentassen en sporttassen, gevolgd door de hond die vrolijk kwispelend en nietsvermoedend ook zijn bijdrage levert: mand, eten, kam, halsband, etensbak, medicijnen enzovoort.
En dan heb ik het nog niet gehad over goedbedoelde geschenken die je van anderen ontvangt. Of over de prullaria die verborgen zitten in de cornflakes of de chips, en die er voor zorgen dat je kinderen bij jou komen smeken om nog meer van die producten te kopen.
Je brievenbus helpt ook graag een handje: dagelijks ontvang je post, reclame waar je vaak niet om gevraagd hebt, kranten en tijdschriften.
En dan zijn er ook de minder voor de hand liggende plekjes waar je spullen aantreft: de boekentassen van je kinderen, de zakken in de kledij van je huisgenoten. En heb je je eigen handtas al eens bekeken?
Als een dief in de nacht en vaak zonder je er erg in hebt, sluipen de spullen bij je binnen. Als je ze niet eigenhandig een halt toeroept, happen jij en je huis voor je het weet naar adem. En houd dan maar eens het hoofd boven water.
Wees dus alert. Kijk voortaan bewust hoe en door welke openingen spullen bij jou binnenkomen en wie ze bij je binnenbrengt. En zeg resoluut ‘stop’ aan je spullenstroom.
4. Spullen zijn niet graag single maar houden van bont gezelschap
Heb je er al eens bij stilgestaan dat in we in het Nederlands het enkelvoud van ‘spullen’ bijna nooit gebruiken? Wat ik maar wil zeggen, is dat spullen zelden of nooit alleen zijn. Meestal houden ze niet van een vrijgezellenleven en zoeken ze het gezelschap van soortgenoten. Je kunt het ze niet kwalijk nemen.
Een bont allegaartje van spullen die niet op hun bestemming zijn, noemen we ook wel eens rommel. Rommel komt nooit alleen – en dat zeg ik heus niet met sarcastische ondertoon. Meestal heb je op verschillende plaatsen in je omgeving vele spullen bij elkaar: in je handtas, in je auto, in de berging, op de grond in de woonkamer…
En jij loopt er tussen als een kip zonder kop, die eerst nog pogingen onderneemt om de rommel onder controle te krijgen, maar uiteindelijk – onder meer wegens tijdgebrek – niet meer weet wat je ermee aan moet.
Als rommel zich op verschillende plaatsen in je omgeving bevindt, als je er elke dag tegenaan loopt, het je mateloos ergert omdat je elke dag probeert op te ruimen, maar nooit het gevoel krijgt dat je de rommel onder controle krijgt, dan kan dat op termijn een flinke belasting worden.
Tijd dus om spullen en de rommel die ze veroorzaken niet langer aan je energie en je geduld te laten knabbelen en er iets aan te doen (in een van mijn volgende blogposts vertel ik hoe je dat met succes realiseert).
5. Spullen hebben je veel te vertellen, en ze liegen nooit
Als er iets misgaat in je organisatie(structuur), maken spullen je dat meestal als eerste duidelijk. Wees alert, dat is de boodschap. Kijk en luister goed naar wat je spullen je ’te vertellen’ hebben. Voordat je me voor gek verklaart, stel ik voor dat je nog even onbevooroordeeld verder leest.
Wat willen je spullen je vertellen als ze door elkaar in je kasten liggen en je je lades niet meer dicht krijgt? Als de kofferbak van je auto nooit meer leeg is? Als je altijd loopt te zoeken naar je sleutels of mobieltje? Als de planken beginnen door te buigen onder de last van je spullen?
Ook jouw spullen willen wel eens hun ‘zegje’ doen. Luister naar hen en onderneem actie.
6. Spullenmagneten
In elk huis, op elke werkplek en in elke bergruimte zijn er plekken waar spullen elkaar opzoeken. Neem de horizontale vlakken in je huis. Dat zijn er een heleboel: een tafel, je bureau, een plekje op de grond naast de bank, het aanrecht in de keuken, bovenop een kast… Het gaat om vele meters in je huis en je vindt er allerlei spullen (en papieren) terug die even, of voor de zoveelste keer al, de weg kwijt zijn.
Horizontale vlakken zijn echte spullenmagneten. Vooral spullen die van jou geen vaste plaats hebben gekregen, worden door de spullenmagneten aangetrokken.
Maak komaf met alle spullen die druk op je schouders leggen, die je stress geven. Voor niets nodig. En eenvoudig op te lossen! Hoe? Dat lees je in een volgende blogpost.
7. Spullen verzwaren je leven
Hier is er nog eentje om over na te denken: spullen verzwaren je leven. Ze kosten geld én tijd. Dat ze geld kosten, dat weet je, maar dat ze ook tijd kosten, heb je je misschien nog niet echt gerealiseerd. Alles wat je in huis haalt, slokt wat van je kostbare tijd op. En veel spullen kosten dus veel tijd. Tijd die je niet kunt besteden aan de leuke dingen van het leven: je gezin, hobby’s, contacten met mensen, lekker nietsdoen, genieten… Is het je allemaal waard?
Dus beter toch maar wat spullen wegdoen en zo kostbare tijd winnen? Of er preventief al voor zorgen dat je minder spullen in huis haalt?
Je kunt er alleen maar bij winnen: je wint plaats en tijd, je bespaart geld en je hebt een leven met minder stress, meer (innerlijke) rust en meer kwali-tijd. Wie wil daar niet voor tekenen?